paarden


verzorging
Poetsen is heel belangrijk.
Je kunt je voorstellen dat als je een zadel op een modderig paard legt, dit behoorlijk kan gaan irriteren. Of dat losse haren gaan kriebelen.
Verder wil het oog natuurlijk ook wat en een goed gepoetst paard ziet er mooi uit. Daarnaast versterkt poetsen de band met je paard; paarden ‘poetsen’ elkaar immers ook!

Paarden, die poetsen niet zo leuk vinden, hebben er vaak vervelende ervaringen mee opgedaan, b.v. dat harde borstels op gevoelige plekjes zijn gebruikt. Daarom zullen we het poetsen stap voor stap behandelen met bij elke stap de te gebruiken borstel. Als je op een manegepaard of pony rijdt, kun je een aantal stappen wel overslaan, want als iedereen manen en staart gaat ontklitten, dan houden de arme dieren geen manen en staart meer over. Natuurlijk haal je er wel strootjes e.d. uit!

Je werkt bij het poetsen altijd van voor naar achter: eerst hoofd, hals, benen, schoft, rug, buik en benen.

Stap 1
Eerst moet het grofste vuil van het paard afgeborsteld worden. Dit doe je met de roskam. Je begint aan de linkerkant van het paard bij de hals. Maak ronddraaiende bewegingen. Hierbij mag je best hard duwen, dan masseer je je paard tegelijkertijd. Je moet wel oppassen op gevoelige plekken, bijvoorbeeld in de lies. Het hoofd en de benen mag je niet met de roskam borstelen. In de ruiperiode kun je met de rubberen roskam heel goed de losse haren uitborstelen.
Waarschijnlijk ziet je paard er nu vuiler uit dan toen je begon. Geen paniek, dat is normaal. Je hebt nu al het vuil en losse haren losgeborsteld en naar boven gehaald. Dit grove vuil borstel je weg met de harde borstel.

Stap 2
Met de zachte borstel ga je nu in rechte streken, met de haren mee, het overige losgeborstelde vuil van je paard af borstelen. Na een paar streken ga je met je zachte borstel over de rosborstel om hem schoon te maken. Met de zachte borstel kun je ook de benen en het hoofd van het paard borstelen. Doe vooral bij het hoofd heel zacht en voorzichtig.

Stap 3
Maak met een vochtige spons de billen van je paard schoon. Til met de ene hand voorzichtig de staart op en was met de andere hand het vuil weg. Pak een andere vochtige spons om de neusgaten schoon te maken. Als de ogen van je paard wat getraand hebben, kun je dat met dezelfde spons schoonmaken.

Stap 4
De manen en de staart verzorg je met een manenborstel of een manenkam. Dit moet je heel voorzichtig doen. want als je te ruw borstelt, trek je haren uit. Het is zelfs beter om de staart met je vingers uit te pluizen. Je pakt dan de staart in je ene hand en met de andere hand trek je steeds een plukje haren eruit waar je dan de klitjes en het vuil uit haalt. Vooral bij paarden met lange manen en staart is een ontklitter heel makkelijk. Je spuit dit op de manen en de staart en laat het even intrekken. Daarna is het veel makkelijker om de klitten eruit te halen. Bovendien gaan de haren minder snel opnieuw klitten. De haren worden er wel gladder van. Dit kan problemen opleveren als je wilt vlechten. Kijk hier dus even mee uit en probeer het van tevoren uit.

Stap 5
Eerst krab je de hoeven uit met de hoefkrabber. Het laatste vuil kun je weg borstelen. De buitenkant van de hoef (de hoefwand) borstel je ook schoon met de harde borstel. Of je de hoeven moet invetten is afhankelijk van de omstandigheden. Zijn de hoeven van het paard zacht en staat je paard veel in het vocht of in de modder, dan vet je de hoeven in om ervoor te zorgen dat ze niet nog vochtiger worden. Als de hoeven van je paard heel droog zijn (vooral in de zomer) dan moet je ze eerst natmaken voordat je ze invet. We hebben een aparte pagina over hoefverzorging en hoevenkrabben gemaakt, waar je ook kunt lezen hoe je dit veilig kunt doen!

Stap 6
Pak een vochtige, zachte doek of een handvol ongewassen schapenwol. Hiermee ga je over het hele lichaam van het paard. Zo poets je de laatste kleine stofjes weg en krijgt het paard een mooie glans. Je kunt ook een beetje glansspray op de vacht van je paard spuiten. Daar gaat hij mooi van glanzen. Pas wel op dat je het niet op de plaats van het zadel spuit want de vacht wordt er heel glad van en daardoor kan het zadel gaan schuiven.
eten

Paarden eten haver, hooi, likstenen, krachtvoer, bix in de winter.
En in de zomer gras.
En water is ook heel belangrijk.
Een liksteen is oom vitaminen en zout binnen te krijgen.

De rassen

Rassen zijn eigenlijk de verschillende soorten paarden.
Je hebt de IJslander, de Arabieren, de Fjorden, de Falabella en de Shetlanders.
enz. Je hebt er natuurlijk nog meer maar dit zijn er een paar.
Je hebt ongeveer 70 pony rassen en 140 paarden rassen.
Bij elkaar is dat zo'n 210 paarden en pony rassen.
De kleinste pony is de Falabella.
De pony is zelfs te klein om op te rijden.
De Falabella komt uit Argentinië.
De kleinste Falabella was 37,5 cm hoog!
Dat is nog kleiner dan een grote hond.
De stokmaat van een Falabella is ongeveer 70 cm.
In Engeland fokken ze het grootste paardenras ter wereld,
de Shire. De stokmaat is meer dan 1 meter en 80 centimeter.
Sommige worden zelfs groter dan 2 meter.
Zo'n paard weegt meer dan 1.000 kilo!

De emoties

Als een paard of pony blij is staan de oren recht op.
Als de oren steeds bewegen hoort de pony of het paard iets.
Als de oren in de nek liggen is is de pony boos of wil die niet luisteren.
Als de pony of het paard sneller gaat lopen is die bang.
Als hij hinnikt dan heeft hij er zin in.
Als jij bang bent probeert hij je te troosten.
Als je bent gevallen staat een pony of paard meteen stil.
En als je geen macht over het paard of de pony hebt doet hij gewoon zijn eigen zin.